Omgevingswet dwingt een integraal denkende & werkende organisatie af

Er is al heel veel geschreven over de omgevingswet en dat is niet zo vreemd. Het is immers een operatie die zijn weerga niet kent. Terwijl nieuwe paradigma’s voor beslissen (participatie), samenwerken (interbestuurlijk vertrouwen),integraliteit (alle aspecten van de leefomgeving) worden geïntroduceerd, worden wetgeving, werkwijze, organisatie en informatiesystemen ingrijpend veranderd. En alsof dat niet genoeg is wordt tevens de mate van digitalisering (meer informatievolwassenheid en vergaand samenhangende betekenis expliciet vastleggen) sterk verhoogd.

Omgevingsdiensten hebben te maken met al deze veranderingen. Zij voeren immers de vergunningverlening, toezicht en handhaving op de “regels” namens het bevoegd gezag (gemeenten en provincies) uit. Klassiek zijn omgevingsdiensten organisatorisch thematisch ingericht naar de bouw- en milieuthema’s. Kennis wordt in de regel sectoraal ontwikkeld en geborgd en veel kennis is tevens specifiek voor een gebied. Omgevingsdiensten staan dus voor de opgave de integraliteit niet alleen in haar advies aan het bevoegd gezag (bij vergunningverlening en formuleren van de regelgeving) integraal aan te bieden, maar ook in haar bedrijfsvoering deze te borgen. Zowel bij het interpreteren van regels bij toezicht en handhaving , maar ook bij het kennismanagement en bij het vormgeven van de informatiehuishouding & informatievoorziening. De omgevingsdienst Haaglanden laat in haar logo (hier geplot op een aantal kluisjes) al goed zien wat dat betekent. De sierlijke groene en blauwe lijnen verbinden de sectorale kluisje. Figuurlijk kluisjes van kennis en werkprocessen die verbonden worden.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.